Preventie tips

 

Algemeen

Ø         Als het gebouw beschikt over een gebruiksvergunning, dan dient u zich te houden aan de hierin vermelde voorschriften.

Ø         Het maximum aantal personen dat tegelijkertijd in een gebouw aanwezig mogen zijn is voor bedrijven/instellingen zonder gebruiksvergunning maximaal 49 personen. Indien men wel beschikt over een gebruiksvergunning, dan wordt het maximum aantal personen dat tegelijkertijd in een gebouw aanwezig mogen zijn vermeld op deze vergunning.

Ø         Zorg ervoor dat noodverlichting goed functioneert. Bij stroomval moet de noodverlichting gedurende 1 uur 1 lux licht geven op de vloer (oriëntatie moet mogelijk zijn).

Ø         Transparantverlichting moet bij aanwezigheid van personen verlicht zijn. Controleer de werking van deze verlichting. Ook bij stroomval moet deze verlichting gedurende 1 uur verlicht blijven.

Ø         Zorg ervoor dat deuren en looppaden vrij zijn van obstakels. Mede door de verhoogde vuurbelasting van versiering is een goede vluchtmogelijkheid van levensbelang.

Ø         Zorg ervoor dat de deuren zonder losse hulpmiddelen te openen zijn. Verwijder eventuele extra sloten!

Interne organisatie

Onwetendheid is de grootste vijand tijdens een calamiteit in uw bedrijf / instelling, dus laat u niet verrassen en bereidt u en uw personeel voor op hoe te handelen tijdens een calamiteit.

Ø         Maak, indien bij uw bedrijf/ instelling aanwezig, gebruik van het ontruimingsplan en zorg ervoor dat alle verantwoordelijken weten hoe te handelen bij een calamiteit.

Ø         Als u niet over een ontruimingsplan of ontruimingsinstructie beschikt kunt u daarvoor de tenminste de algemene ontruimingsinstructie “Hoe te handelen bij brand” gebruiken. Deze is bijgevoegd. Ook kunt u in overleg met de brandweer een ontruimingsplan opstellen.

Ø         Zorg er voor dat uw personeel geïnstrueerd is hoe te handelen bij brand of andere calamiteiten.

Ø         Zorg ervoor dat de veiligheidsinstructies op duidelijk zichtbare plaatsen in uw bedrijf /instelling zijn opgehangen.

Ø         Zorg er voor dat uw personeel weet waar de brandblusmiddelen zich bevinden en hoe deze te gebruiken.

Ø         Zorg ervoor dat uw personeel het ontruimingsplan/vluchtplan kent en dat ermee geoefend is.

 

Blusmiddelen

Ø         Met de aanwezige blusmiddelen bent u in staat om in geval van brand een bluspoging te ondernemen. Zorg er daarom voor dat brandslanghaspel en draagbare blustoestellen altijd bereikbaar zijn. Hang daarom niets voor blusmiddelen.

Ø         Om er zeker van te zijn dat de blusmiddelen voor direct gebruik beschikbaar zijn, laat u de blusmiddelen 1x per jaar door een erkend bedrijf controleren op een goede werking. U kunt de laatste keuringsdatum terugvinden op het keuringsbewijs (meestal een sticker) op het blusmiddel.

 

 Plaats van extra voorraad

Ø         Zoek vooraf goede ruimten voor extra voorraden. Plaats niets in gangen, looppaden, doorgangen, trappenhuizen of voor / achter (nood)uitgangen.

Ø         Plaats voorraden niet voor blusmiddelen, meterkasten, brandmeld- of andere schakel- en bedieningspanelen.

Waarheen met emballage, afval, e.d.

Ø         Bewaar emballage en afval zoveel mogelijk binnen het gebouw, in daarvoor geschikte ruimten. Hiermee voorkomt u dat vandalen dit aan kunnen steken.

Ø         Bewaar containers niet in vluchtroutes of voor /achter (nood)uitgangen.

Ø         Moet emballage en afval toch buiten worden opgeslagen, stopt het dan in afsluitbare containers van onbrandbaar materiaal. Zet deze niet op een brandkraan en niet bij een opening in de gevel.

Ø         Laat afval regelmatig afvoeren.

Ø         Zorg ervoor dat de ruimten waar emballage en afval wordt bewaard zoveel mogelijk zijn opgeruimd.

 

Gaat u versiering ophangen?

Ø         Plafondversiering kan bij een brand in sterke mate bijdragen aan de uitbreiding van een brand. Daarom mag plafondversiering alleen worden toegepast als deze onbrandbaar of niet door normale middelen (gasbrander o.d.) is te onsteken, hiermee wordt bedoeld onbrandbare slingers aluminium, onbrandbaar gemaakt papier e.d., ballonnen {gevuld met lucht of helium}, houten versieringen met minimale maat van onderdelen  4x4 cm, onbrandbare netten en onbrandbare doeken. Nb. niet toegepast mogen b.v. droogbloemen, kunstplanten van brandbaar materiaal {zijde, kunststof e.d.}, opgezette dieren, manden, doeken, touwen, (kerst)takken   e.d.

Ø         Overige versieringsmateriaal moet moeilijk brandbaar zijn uitgevoerd. Dergelijk versieringsmateriaal is verkrijgbaar bij de reguliere handel. Vraag hier dus expliciet om en bewaar de verpakking van versieringsmaterialen om dit aan te kunnen tonen.

Ø         Versiering mag uitsluitend opgehangen worden met behulp van ijzerdraad met een dikte van tenminste 0,5 mm.

Ø         Het versieringsmateriaal langs en aan de plafonds, dient met de onderzijde op  minimaal 2,5 meter boven de vloer te hangen.

Ø         Zorg ervoor dat versieringen niet in aanraking kunnen komen met verlichting en andere warm wordende apparaten.

Ø         Als u de buitenzijde van uw gebouw met versiering wilt verfraaien zijn bovenstaande tips ook van belang. Houdt rekening met de ondergrond, brandbaarheid, wijze en hoogte van ophangen en hoeveelheid versieringsmateriaal.

 

Voor bedrijven en instellingen met verdere vragen verwijzen wij naar het telefonische spreekuur van onze preventie inspecteurs, dagelijks van 9:00 – 12.00 uur op telefoonnummer: 035-688 55 63.

 

 

Met dank aan de brandweer Hilversum voor deze brandveiligheidtips.